Kuifje & racisme

door rogerklaassen

door Roger Klaassen (met dank aan Samy Herskowicz)

De anti-racisme demonstraties en protesten die de wereld rondgaan naar de gewelddadige dood van George Floyd deden natuurlijk ook België aan. Onder andere werden beelden van koning Boudewijn en Leopold II beklad met rode verf. In ‘The Sunday Times’ verscheen gisteren een artikel van Peter Conradi. Het onderwerp: of de racisme-protesten ook Kuifje ter discussie zullen stellen.

Ik weet niet of Peter Conradi de discussies rond Kuifje een beetje heeft gevolgd, maar dan heeft hij wel wat gemist: er is al jaren discussie over Kuifje en racisme, met name het racisme in ‘Kuifje in Afrika’. Het leidde zelfs tot rechtszaken (in 2012 werd een verbod tegen ‘Kuifje en Afrika’ geëist, maar door de rechter afgewezen) en de Engelse editie wordt tegenwoordig van een inleiding voorzien om het verhaal in context van zijn tijd te plaatsen.

Maar toch, de discussie was er al en duurt onverminderd voort. In het artikel komt Philippe Goddin aan het woord. Ik citeer (en vertaal) uit het artikel:

‘Ondanks dat sommige het [‘Kuifje in Afrika’] als racistisch beschouwen, zegt Goddin dat Hergé, wiens echte naam Georges Remy [sic] is, slechts liet zien hoe Congo destijds door de Belgen werd gezien. ‘Hergé was als een spons’, zegt hij. ‘Hij zoog de atmosfeer op en reproduceerde de stemming in het land’.
Kuifje behandelt zijn Congolese gastheren respectvol. Goddin is niet zeker over Bobbie, zijn witte hond, die hen beschuldigt van luiheid. ‘Maar alleen omdat Bobbie een paar van dit soort opmerkingen maakt, maakt dit hem nog niet tot een systematische racist’, zegt hij.

Eén van de resultaten van de discussies rond witte privileges en Zwarte Piet de afgelopen jaren is dat het mij heeft geleerd dat iets dat niet racistisch is bedoeld toch racistisch kan zijn. In het geval van Hergé geldt hetzelfde: hij was geen racist, Kuifje niet en Bobbie ook niet, maar ‘Kuifje in Afrika’ wel. In elk geval kun je zeggen dat Hergé racistische denkbeelden bevestigde.

Mijn stelling: ‘Kuifje in Afrika’ zou ook in de Nederlandse en Franse editie (in alle edities) voorzien moeten worden van een introductie. Eind jaren 1920, begin jaren 1930 waren de tijden heel anders, Hergé was naïef, hij was nog erg jong en hij documenteerde zich nauwelijks voor zijn verhalen – het is allemaal te begrijpen, maar daarmee niet goed.

In 1934 krijgt Hergé, na de aankondiging dat Kuifje naar China zou gaan, een brief van Léon Gosset om hem te waarschuwen de Chinezen niet neer te zetten volgens de Europese vooroordelen en karikaturen. Kennelijk waren er toen ook mensen die vraagtekens zetten bij de manier waarop Hergé buitenlanders stereotype neerzette. Hergé wordt in contact gebracht met Tchang Tchong Yen – een keerpunt in het leven en werk van Hergé en Kuifje kan uitgroeien uit tot een universele held.

Ook leuk voor jou?